wwwwww..iimmggssttaaggeelliinnee..ccoomm
MMX-11USB
Bestelnr. 20.2840
2-kanaals
audiomengsysteem
Lees deze handleiding grondig door, al-
vorens het apparaat in gebruik te nemen,
en bewaar ze voor latere raadpleging.
1 Toepassingen
Dit miniatuur mengsysteem met USB-aanslui-
ting kan universeel gebruikt worden, bv. voor de
geluidsopname op de computer. Het is uitgerust
met twee ingangskanalen: 1 × mono met Mic/
lijningang, 1 × stereo met lijningang. Het meng-
signaal wordt via de 3,5 mm-stekkerbus en de
USB-aansluiting uitgevoerd. Deze aansluiting
kan ook worden gebruikt als ingang om audio-
gegevens van de computer naar het mengsys-
teem over te dragen.
De voedingsspanning gebeurt via de bijgele-
verde netadapter of bij aansluiting op een com-
puter via de USB-verbinding.
2 Veiligheidsinstructies
De apparaten (mengsysteem en netadapter)
zijn in overeenstemming met alle relevante EU-
richtlijnen en dragen daarom het
-kenmerk.
G
De apparaten zijn uitsluitend geschikt voor
gebruik binnenshuis. Vermijd druip- en spat-
water, uitzonderlijk warme plaatsen en plaat-
sen met een hoge vochtigheid (toegestaan
omgevingstemperatuurbereik: 0 – 40 °C).
G
Schakel het mengsysteem niet in en trek de
netadapter onmiddellijk uit het stopcontact,
wanneer:
1. een van de apparaten zichtbaar bescha-
digd is,
2. er een defect zou kunnen optreden nadat
een apparaat bijvoorbeeld gevallen is,
3. een apparaat slecht functioneert.
De apparaten moeten in elk geval hersteld
worden door een gekwalificeerd vakman.
G
Verwijder het stof enkel met een droge, zachte
doek. Gebruik zeker geen chemicaliën of water.
G
In geval van ongeoorloofd of gebruik, ver-
keerde aansluiting, foutieve bediening of van
herstelling door een niet-gekwalificeerd per-
soon vervalt de garantie en de verantwoorde-
lijkheid voor hieruit resulterende materiële of
lichamelijke schade.
3 Ingebruikname
Voordat u verbindingen tot stand brengt / loskop-
pelt en telkens voordat u inschakelt, moet u de
uitgangsregelaars (21, 23) steeds volledig te-
rugdraaien.
1) Sluit op de gecombineerde jack MIC / LINE (3)
van het monokanaal een microfoon of mono-
geluidsbron met lijnsignaalniveau aan:
– Sluit via een gebalanceerd bedrade XLR-
stekker een microfoon aan. Op de XLR-
aansluiting is een fantoomspanning van
20 V aanwezig (voor gebruik van een
condensatormicrofoon, die met deze fan-
toomvoeding werkt). Opgelet: Sluit geen
microfoon met ongebalanceerde uitgang
aan, omdat deze door fantoomspanning
beschadigd kan worden!
– Sluit een apparaat met lijnniveau (bv. ont-
vanger van een draadloos microfoonsys-
teem) aan via een 6,3 mm-stekker. De
stekkeraansluiting is gebalanceerd be-
draad. U kunt ook apparatuur met onge -
balanceerd bedrade uitgang aansluitingen
via 2-polige stekkers.
2) Sluit op de Cinch-jacks LINE 2 / 3 (4) van het
stereokanaal (wit = linker kanaal, rood = rech-
ter kanaal) een stereogeluidsbron met lijn -
signaalniveau, bv. een cd-speler, aan.
3) Sluit een stereorecorder aan op de Cinch-
jacks TAPE IN: de uitgang ervan op de in-
gang TAPE IN (5) en de ingang ervan op de
uitgang TAPE OUT (6).
De aansluitingen kunnen echter ook voor
andere apparaten met lijnniveau gebruikt
worden, bv. kunt u een afspeelapparaat zoals
cd- of mp3-speler op TAPE IN of een bijko-
mende versterker op TAPE OUT aansluiten.
4) Om voor te beluisteren sluit u een stereo-
hoofdtelefoon (impedantie ≥ 8 Ω) of de ver-
sterker van een kleine monitorinstallatie aan
op de 3,5 mm-stereojack BOOTH (8).
5) Op de stereo-uitgang MASTER OUT (7) is
het met de MASTER-regelaar (23) ingestelde
uitgangssignaal beschikbaar. Hier kunt u via
een 3,5 mm-jack bv. een versterker of een
tweede mengpaneel aansluiten.
6) Bij bediening zonder computer verbindt u de
bijgeleverde adapter via een USB-kabel met
de USB-bus (1) en sluit u de netadapter aan
op een stopcontact (230 V~ / 50 Hz) [bedie-
ning met computer
hoofdstuk 3.1].
Wanneer u het mengsysteem langere tijd
niet gebruikt, trek dan de netadapter uit het
stopcontact, omdat deze zelfs bij uitgescha-
keld mengpaneel toch een geringe hoeveel-
heid stroom verbruikt.
7) Om in te schakelen, drukt u op de toets PWR
(2), de bedrijfsled ON (9) licht op. Om uit te
schakelen, schakelt u de toets opnieuw uit.
3.1 Bediening met de computer
Om het mengsysteem met een computer te be-
dienen, kunt u gebruik maken van de audiosoft-
ware die met het besturingssysteem is meege-
leverd, of u kunt bijkomende audiosoftware in-
stalleren.
1) Start de computer en verbind de USB-aan-
sluiting (1) via een USB-kabel met een USB-
aansluiting van de computer. Het ingescha-
kelde mengsysteem wordt door de computer
als USB-audioapparaat voor geluidsinvoer
en -uitvoer herkend.
Opmerking: Als het mengsysteem niet als USB-
audioapparaat herkend wordt, moeten de vereiste
besturingsprogrammaʼs (standaard besturingspro-
gramma van het besturingssysteem) nageïnstal-
leerd worden, bv. via de originele cd van het
besturingssysteem. Herstart de computer na de in-
stallatie indien nodig.
2) Open het gebruikte weergave- / opname pro -
gramma en voer hierin de nodige instellingen
door voor de geluidsweergave via het meng-
systeem of voor de geluidsopname van het
mengsysteem (
handleiding van het pro-
gramma). U kunt het mengpaneel kan dan
aan de hand van hoofdstuk 4 bedienen.
Als er geen geluidsopname of geluidsweergave
gebeurt, dan moet u in de systeeminstellingen
van het computerbesturingssysteem controle-
ren of de USB-aansluiting voor de geluidsinvoer
of geluidsuitvoer geselecteerd is.
Tip: Als het mengsysteem zowel met een computer
verbonden is als met de apparaten die via hun net -
snoer geaard zijn (bv. versterker), kunnen door aard-
lussen storende bromtonen optreden. Om deze te
vermijden, kunt u het mengsysteem via een massa-
scheidingsfilter (bv. FGA-30 van MONACOR) met het
respectieve apparaat verbinden.
4 Bediening
1) Selecteer met de toets LINE / USB (13), welk
ingangssignaal aan het kanaal 2 / 3 toegewe-
zen wordt: Toets niet ingedrukt = ingangssig-
naal van de jacks LINE 2 / 3 (4), toets inge-
drukt = ingangssignaal van de USB-aanslui-
ting (1).
Opmerking: Let bij opnames via de USB-aanslui-
ting op het gevaar van terugkoppelingen, wanneer
het opnamesignaal van de computer aan het ka-
naal 2 / 3 als ingangssignaal toegewezen wordt.
2) Voor de basisinstelling eerst de regelaars
– LEVEL (19, 20) volledig terugdraaien
– HI, LO (14, 16), PAN (15) en BAL (17) in
de middelste stand schuiven
– GAIN (12) en MASTER (23) tot in de mid-
delste stand opendraaien
Stuur een geluidssignaal naar kanaal 1. Draai
de regelaar LEVEL (19) zover open dat het
signaal goed hoorbaar is en de klank met de
regelaars HI en LO (14) ingesteld kan wor-
den. Als u de regelaar LEVEL hiervoor heel
ver moet opendraaien, verhoogt u de in-
gangsversterking door de regelaar GAIN (12)
open te draaien. Licht de led PK (18) echter
langer op, plaats u de regelaar GAIN over-
eenkomstig terug. De led PK mag alleen bij
signaalpieken eventjes gaan flikkeren.
Draai de regelaar LEVEL van kanaal 1 op-
nieuw volledig terug, stuur een geluidssignaal
naar kanaal 2 / 3 en draai de regelaar LEVEL
(20) ervan zo ver open dat de klank met de
regelaars HI en LO (16) ingesteld kan wor-
den.
3) Na de basisinstelling kunnen de signalen van
kanaal 1 en 2 / 3 met de regelaars LEVEL in
de gewenste volumeverhouding gemengd of
individueel in- en uitgemengd worden. Als er
een kanaal niet gebruikt wordt, draait u de re-
gelaar LEVEL ervan volledig dicht.
4) Voor kanaal 1 plaatst u met de regelaar PAN
(15) het monosignaal in het stereoklankbeeld,
en voor kanaal 2 / 3 stelt u met de regelaar
BAL (17) de balans van het stereosignaal in.
5) Om het signaal van de ingang TAPE IN (5)
aan het gemengde signaal toe te voegen,
drukt u op de toets TAPE TO MASTER (10).
Opmerking: Als er een opname die via de uitgang
TAPE OUT (6) gaat, tegelijk via de uitgang TAPE
IN teruggevoerd wordt, mag de toets TAPE TO
MASTER niet ingedrukt zijn, omdat er zich anders
een terugkoppeling voordoet.
6) Stel met de regelaar MASTER (23) het ni-
veau in voor het uitgangssignaal, dat via de
jacks MASTER OUT (7), TAPE OUT (6) en
de USB-jack (1) uitgevoerd wordt. Als er een
van de oversturingsleds CLIP (22) oplicht,
draait u de regelaar MASTER of te ver open-
gedraaide kanaalregelaars (19, 20) overeen-
komstig dicht. Om de leds CLIP op het uit-
gangssignaal te laten aanspreken, mag toets
TAPE TO BOOTH/PHONES (11) niet inge-
drukt zijn (
punt 7 onderaan).
7) Selecteer met de toets TAPE TO BOOTH/
PHONES (11) welk signaal aan de meeluis-
teruitgang BOOTH (8) toegewezen wordt:
Toets niet ingedrukt = uitgangssignaal, toets
ingedrukt = signaal van de ingang TAPE IN
(5). De oversturingsleds CLIP (22) spreken
aan op het signaal dat voor de beluisterings-
functie geselecteerd is. Stel het meeluister-
volume in met de regelaar BOOTH / PHONES.
5 Technische gegevens
Gevoeligheid / Impedantie
Mic: . . . . . . . . . . . 0,5 mV/1,6 k
Ω
(Gain min. 80 mV)
Line, kanaal 1: . . . 2 mV/10 k
Ω
(Gain min. 550 mV)
Line, kanaal 2 / 3: . 150 mV/10 k
Ω
Tape . . . . . . . . . . 420 mV/7 k
Ω
Uitgangsniveau: . . . . max. 6 V (Master, Booth, Tape)
Hoofdtelefoon-
impedantie: . . . . . . . ≥ 8 Ω
USB-aansluiting: . . . USB 2.0 (Full Speed), jack type B
Frequentiebereik: . . 20 – 20 000 Hz
THD: . . . . . . . . . . . . < 0,05 %
Signaal /
Ruis-verhouding: . . . 81 dB (A-gewogen)
Fantoomvoeding: . . . +20 V (XLR), permanent
Voedingsspanning: . via USB-poort (5 V
/ 500 mA) van
de computer of via bijgeleverde
adapter op 230 V~ / 50 Hz
Afmetingen, gewicht: 102 × 45 × 140 mm, 430 g
Geschikt besturingssysteem voor de gegevensoverdracht
via de USB-aansluiting:
Windows 2000, Windows XP
of later
Windows
-Versionen,
Mac OS 9.0.4
of hoger,
Mac OS X
Windows is een gedeponeerd handelsmerk van de Microsoft
Corporation in de USA en andere landen.
Mac OS is een gedeponeerd handelsmerk van Apple Computer,
Inc. in de Verenigde Staten en andere landen.
Wijzigingen voorbehouden.
WAARSCHUWING: Langdurige bloot-
stelling aan hoge volumes kan het
gehoor beschadigen! Het gehoor
raakt aangepast aan hoge volumes die na een
tijdje niet meer zo hoog lijken. Verhoog daarom
het volume niet nog meer, nadat u er gewoon
aan bent geraakt.
Wanneer de apparaten definitief uit bedrijf
worden genomen, bezorg ze dan voor ver-
werking aan een plaatselijk recyclagebe-
drijf.
WAARSCHUWING: De netspanning
van de netadapter is levensgevaar-
lijk. Open het apparaat daarom
nooit zelf, want door onzorgvuldige ingrepen
loopt u het risico van elektrische schokken.
MONACOR INTERNATIONAL GmbH & Co. KG • Zum Falsch 36 • 28307 Bremen • Germany. Copyright
©
by MONACOR INTERNATIONAL. All rights reserved. A-1474.99.01.11.2013
®
NL
B
