POWX075710S NL
Copyright © 2022 VARO P a g i n a | 9 www.varo.com
▪ Plaats een gradenboog aan de zijkant van het zaagblad en de tafel wanneer de
verstekhoek geen 45° bedraagt. Regel de hoogte van de regelschroef bij totdat de
verstekhoek correct is. Zet ten slotte de moer vast en controleer nogmaals de hoek.
9.7 Uittrekvergrendeling
▪ Om de telescopische geleiders (13) te ontgrendelen of te vergrendelen, draait u de
vergrendelingsknop van de telescopische geleiders (21) in tegenwijzerzin of wijzerzin.
Voor lange werkstukken moet u de sliding gebruiken; zet daartoe de vergrendelknop los.
▪ Zaag door het werkstuk.
▪ Schakel het apparaat uit.
▪ Wacht tot het zaagblad tot stilstand gekomen is alvorens het werkstuk of restanten hiervan
te verwijderen.
9.8 Aan- en uitschakelen
Gebruik voor u eigen veiligheid twee handen bij het aan- en uitschakelen
van u toestel.
▪ Verbind het apparaat met de netspanning.
▪ Druk de ontgrendelknop in en duw op de aan/uit-knop (10) in de richting van de
handgreep. Het zaagblad draait zolang u de schakelaar ingedrukt houdt.
▪ Om het toestel uit te schakelen, volstaat het de schakelaar (15) los te laten.
9.9 Laser
▪ U kunt de laser IN- en UIT-schakelen met de schakelaar (12).
▪ De laser (23) projecteert een straal op het werkstuk.
▪ Met de laserfunctie kunnen zeer precieze zaagsneden gemaakt worden.
9.10 Stofopvangzak
Om de stofopvangzak (18) te monteren, plaatst u hem op de aansluiting voor de stofafzuiging.
Haal de stofopvangzak van het gereedschap en maak hem leeg wanneer hij ongeveer halfvol
zit.
9.11 Zagen
Zorg ervoor dat het zaagblad niet blokkeert tijdens het zagen. Dit
veroorzaakt beschadiging aan en verbranding van de motor. Als er toch een
blokkade van het zaagblad zou optreden, dient u de schakelaar onmiddellijk
los te laten om de beschadiging aan de motor te voorkomen.
▪ Klem het werkstuk vast.
▪ Stel de gewenste verstekhoeken in.
▪ Schakel het apparaat in.
▪ Beweeg het handvat (14) naar beneden. U zult merken dat u de veiligheidsschakelaar
(16) moet induwen alvorens dit te kunnen doen.
▪ Zaag door het werkstuk.
▪ Schakel het apparaat uit.
▪ Wacht tot het zaagblad (2) tot stilstand gekomen is alvorens het werkstuk of restanten
hiervan te verwijderen.
9.12 Zagen van speciale werkstukken
Kromme of ronde werkstukken moeten goed vastgezet worden om wegslippen te voorkomen.
Zorg ervoor dat er geen ruimte is tussen het werkstuk en de geleiderail (4) of de zaagtafel (5).
