Melding : PAPIER VAST
Betekenis : Het papier is vastgelopen tijdens het afdrukken.
1 Verwijder het papier voorzichtig.
2 Stel de linkerpapiergeleider zo af, dat het papier er net tussen past.
3 Druk op .
(Zie ook hoofdstuk 28, pagina 91.)
Melding : PLAATS AFDRUKPAPIER
Betekenis : Tijdens het afdrukken is het afdrukpapier opgeraakt.
Melding : PRINTERSTORING
Betekenis : Tijdens het afdrukken vanaf de PC is er een storing opgetreden. Het
printerstuurprogramma geeft het soort fout nauwkeurig aan op het
beeldscherm. Controleer of de juiste inktcartridge is geïnstalleerd.
Melding : RESET PRINTER
Betekenis : Er is sprake van een papierstagnatie of printerstoring. Zorg voor een
correcte doorvoer en druk op .
Melding : STOP INGEDRUKT
Betekenis : Tijdens faxcommunicatie is de ingedrukt om de communicatie
te beëindigen.
Melding : TEL/FAX STAND
Betekenis : In de TEL/FAX-stand geeft het apparaat hiermee aan dat er een
inkomende oproep is.
Melding : VERBINDING IS VERBROKEN
Betekenis : Tijdens faxcommunicatie is de verbinding verbroken.
Melding : VERKEERDE CARTRIDGE
Betekenis : U hebt een printopdracht gestart die een kleurencartridge nodig heeft,
maar de zwartcartridge is geplaatst. Plaats de kleurencartridge
(zie hoofdstuk 27, pagina 87).
Melding : VERZENDFOUT
Betekenis : De verzending van uw faxbericht is mislukt. Probeer het nogmaals.
Melding : VOER DOCUMENT IN
Betekenis : U wilt faxen zonder dat er een document is ingevoerd.
Melding : ZWART AANWEZIG
Betekenis : De Telefax 349 is voorzien van een zwartcartridge.
82
5