Inventum / 04517-rev-2 / juni 2015
CV aanlegthermostaat t.b.v. ventilatiewarmtepomp
De aanlegthermostaat is nodig indien men in het installateursmenu kiest voor CV2 of CV3 bedrijf, in
CV2 of CV3 bedrijf detecteert de aanlegthermostaat wanneer de cv-ketel in bedrijf komt voor
ruimteverwarming. Op deze manier weet de ventilatiewarmtepomp wanneer er ruimteverwarming
gewenst is.
Plaats
De aanlegthermostaat wordt op de cv-aanvoerbuis van de cv-ketel geplaatst, op de plaats waar de aanvoerbuis
uit de cv- ketel komt, zie figuur 1.
De aanlegthermostaat wordt met een veer bevestigd
op de cv-buis. Met behulp van de meegeleverde
kabelbindbandjes kan de aansluitkabel bevestigd
worden aan de cv-buis zoals aangegeven in
figuur 1.
Aansluiten
Het uiteinde van de kabel wordt, op de aansluiting
5 en 6 van de kroonsteen connector 7
aangesloten zie figuur 2. Deze
connector 7 bevindt zich aan de achterzijde van
de regelunit in de Ecolution. Aan de onderzijde
van het toestel zitten twee vrije kabel
doorvoertules, gebruik één van de twee
doorvoertules om de kabel van de
aanlegthermostaat naar binnen te leiden. Maak een
insnijding in de stopdop om de draad van de
aanlegsensor door te voeren.
Montage
Monteer de sensor onder de veer 1
1: Monteer de veer om de leiding 2: Monteer de sensor onder de veer
In bedrijf nemen
Na het aansluiten van de aanlegthermostaat
moet deze in het installateursmenu onder
regel C/1_ geactiveerd worden. Kies 2 CV2
bedrijf of 3 voor CV3 bedrijf.
