205
RUITEN-/KOPLAMP-
SPROEIERVLOEISTOF CONTRO-
LEREN EN BIJVULLEN
Fig. 29: uitvoeringen T.SPARK en JTD
Fig. 30: uitvoering 2.5 V6 24V
Verwijder de dop (A) en controleer
visueel het vloeistofniveau in het reser-
voir.
P4U00230
P4U00229
fig. 29 - uitvoeringen T.SPARK en JTD fig. 30 - uitvoeringen 2.5 V6 24V
Gebruik de ruitensproei-
ers niet als het reservoir
leeg is om schade aan de
pompmotor te voorkomen.
BELANGRIJK Gebruik voor het bij-
vullen één van de in de handel verkrijg-
bare speciale reinigingsproducten en
controleer of ze bescherming bieden te-
gen kalkaanslag en bevriezing.
Raapleeg bij twijfel de Alfa Romeo-
dealer. Deze kan u de meest geschikte
producten aanbevelen.
Rijd niet met een leeg
ruitensproeierreservoir:
de ruitensproeiers zijn
van fundamenteel belang voor
een optimaal zicht.
Enkele in de handel
verkrijgbare ruiten-
sproeiervloeistoffen zijn
licht ontvlambaar. In de motor-
ruimte bevinden zich warme on-
derdelen die bij contact de vloei-
stof kunnen doen ontbranden.