117
BEDIENING IN NOODGEVALLEN
Als het opendak niet elektrisch bediend
kan worden, dan kan het ook handmatig
worden bediend; ga hiervoor als volgt te
werk:
1. Licht het rooster bij de door de pijl
aangegeven punten op en verwijder het
rooster met de schakelaar (D-fig. 132).
2. Druk de daarvoor bestemde sleutel
(B-fig. 133) (in het dashboardkastje)
in het bedieningsmechanisme van het
opendak (C-fig. 133) en draai het
rechtsom om het dak te openen en links-
om om het te sluiten.
BELANGRIJK Als het dak handmatig
is geopend of gesloten, draait u de sleutel
eerst een halve slag terug totdat u een
klik hoort, en pas daarna verwijdert u de
sleutel.
P4U00127
fig. 131
P4U00128
fig. 132
ACHTERZIJDE OMHOOG
KANTELEN
Het omhoog kantelen (fig. 131) is
alleen bij geheel gesloten dak mogelijk
door op de voorzijde (2) van schakelaar
(A-fig. 132) te drukken.
Druk op de achterzijde (1) van schake-
laar (A-fig. 132) om het dak weer in
horizontale stand te zetten (opendak ge-
sloten).
P4U00129
fig. 133
Bedien het opendak
alleen als de auto stil-
staat.
Verwijder altijd de con-
tactsleutel uit het con-
tactslot als u de auto
verlaat, om te voorkomen dat het
opendak per ongeluk in beweging
wordt gebracht en zo gevaar kan
opleveren voor de achtergebleven
passagiers.