109
Als het lampje blijft
knipperen, dient u zich
zo snel mogelijk tot de
Alfa Romeo-dealer te wenden
om de storing te laten verhelpen.
Als tijdens het starten van de motor een
storingsmelding verschijnt, dan betekent
dit dat het controlesysteem van de ver-
snellingsbak een storing, tijdens de voor-
gaande rit voordat de motor werd afge-
zet, heeft opgeslagen.Neem ook in dit
geval contact op met de Alfa Romeo-
dealer om de automatische versnellings-
bak te laten controleren.
Lampje brandt constant
Als het lampje constant gaat branden,
dan heeft de transmissie-olie de maxi-
male temperatuur bereikt.
Het automatische controlesysteem be-
schikt over een noodprogramma.
Het is in ieder geval raadzaam de auto
stil te zetten, de selectorhendel in stand
P of N te plaatsen en de motor statio-
nair te laten draaien totdat het lampje
dooft. Rijd daarna verder zonder te veel
van de motor te eisen.
Als het lampje weer gaat branden, moet
de auto opnieuw worden stilgezet met
stationair draaiende motor totdat het
lampje dooft.
Als tussen het doven en weer gaan
branden van het lampje minder dan 15
minuten zit, is het raadzaam de auto stil
te zetten, de motor uit te zetten en te
wachten totdat de motor-versnellingsbak
compleet is afgekoeld.
Knipperend lampje
Als het lampje tijdens het rijden gaat
knipperen, dan is er een storing in de au-
tomatische versnellingsbak.
Het automatische controlesysteem be-
schikt over een noodprogramma.Onder
deze omstandigheden raden wij u aan de
auto stil te zetten en de motor uit te zet-
ten: als de motor weer wordt gestart kan
het zelfdiagnose-systeem de storing, die
door het elektronische controlesysteem
wordt opgeslagen, hebben verholpen.
Als de storing blijft (lampje (A- fig.
112) knippert), moeten de versnellin-
gen handmatig worden ingeschakeld, zo-
als bij een auto met handgeschakelde
versnellingsbak. Houd er rekening mee
dat alleen de 2
e
en 4
e
versnelling be-
schikbaar zijn (zie onderstaande tabel):
Handmatig Beschikbare
ingeschakelde versnelling
versnelling
1 → 2
e
2 → 2
e
3 → 4
e
4 → 4
e
Het inschakelen van de achteruit blijft
mogelijk.
Als er zich tijdens het
rijden een storing in de
versnellingsbak voor-
doet, moet met de grootst moge-
lijke voorzichtigheid worden ge-
reden, vooral vanwege de beper-
kingen in de prestaties (accelera-
tie en snelheid) van de auto.