100
AUTO STILZETTEN
Om de auto stil te zetten hoeft u slechts
het gaspedaal los te laten en, zo nodig,
het rempedaal in te trappen.
Onafhankelijk van de gekozen versnel-
ling en de ingeschakelde functie (sequen-
tieel of CITY) ontkoppelt het systeem en
wordt er teruggeschakeld.
Als u weer wilt optrekken voordat de
auto geheel stilstaat, is op deze wijze al-
tijd de meest geschikte versnelling voor
het optrekken ingeschakeld.
Als u de auto tot stilstand brengt, wordt
automatisch de eerste versnelling (1) in-
geschakeld.
SEQUENTIËLE WERKING
(HANDMATIG)
Als het systeem “sequentieel” wordt be-
diend, wordt op het display van de toe-
renteller de ingeschakelde versnelling
weergegeven.
Bij deze bedieningswijze ligt de beslis-
sing om over te schakelen bij de bestuur-
der.
Overschakelen kan plaatsvinden met be-
hulp van:
– de selectorhendel op de midden-
console (A-fig. 101);
– de knoppen op het stuur (fig.
102); deze kunnen alleen worden be-
diend bij een snelheid boven 10 km/h.
De “sequentiële” bediening wordt inge-
schakeld:
– automatisch bij het starten van de
motor;
– als bij ingeschakelde CITY-functie:
– de selectorhendel of de knoppen
op het stuurwiel worden bediend;
– als nogmaals knop CITY (B-
fig. 101) wordt ingedrukt en daarmee
de hiervoor gekozen functie wordt uitge-
schakeld.
P4U00307
fig. 102
fig. 101
P4U00306
B
A