80
BELANGRIJK Het verdient aanbeve-
ling om de recirculatiefunctie in te schake-
len in de file of in tunnels. Hiermee wordt
voorkomen dat vervuilde lucht het interi-
eur bereikt.Het is raadzaam het systeem
niet lang achter elkaar te gebruiken, voor-
al niet als u met meerdere personen in de
auto zit.
BELANGRIJK Met de recirculatie-
functie kan de lucht sneller verwarmd
worden als de behandelde lucht een
hogere temperatuur heeft dan de buiten-
lucht. Het is echter niet raadzaam deze
functie in te schakelen op regenachtige of
koude dagen, omdat dan de ruiten aan
de binnenzijde aanzienlijk sneller be-
slaan.
Drukknop voor in-/uitschakelen
achterruitverwarming
Als u knop
(
(E) indrukt, worden de
achterruitverwarming en (indien aanwe-
zig) de spiegelverwarming ingeschakeld,
en gaat het betreffende lampje branden.
De functie is voorzien van een tijdscha-
keling, waardoor de functie na enige mi-
nuten automatisch wordt uitgeschakeld.
U kunt de verwarming eerder uitschake-
len door nogmaals de knop in te drukken.
BELANGRIJK Plak geen stickers of
andere plaatjes op de elektrische weer-
standsdraden aan de binnenzijde van de
achterruit, om beschadiging van de
achterruitverwarming te voorkomen.
≤
Luchtstroom verdeeld over voor-
ruit/zijruiten voor en de beenruimten
(om het beslaan van de voorruit en de
zijruiten voor te voorkomen).
BELANGRIJK Ga voor een maximale
verwarming als volgt te werk:
bij koude motor
d.w.z. als de koelvloeistoftemperatuur
lager is dan 70 °C (wijzer van de koel-
vloeistoftemperatuurmeter staat links
van het midden van de schaal van 50
tot 90 °C):
– draai knop (A) rechtsom in de
uiterste stand;
– zet draaiknop (B) op aanjagersnel-
heid 1 of 2 (draaiknop op 1 of 2);
bij warme motor
d.w.z. als de koelvloeistoftemperatuur
hoger is dan 70 °C (wijzer van de koel-
vloeistoftemperatuurmeter staat boven
het midden van de schaal van 50 tot 90
°C):
– draai knop (A) rechtsom in de
uiterste stand;
– zet draaiknop (B) op de maximale
aanjagersnelheid (draaiknop op 4).
VERWARMING
Ga voor het instellen van de gewenste
temperatuur als volgt te werk:
– draai knop (A) voor de temperatuur-
regeling in het RODE gebied.
– draai knop (B) voor de luchtop-
brengst in de gewenste stand.
– draai knop (C) voor de luchtverde-
ling in stand:
µ
Luchtstroom naar de bovenste lucht-
roosters in het midden en aan de zijkant,
naar de luchtroosters in het midden, en
uit de uitstroomopeningen voor aan de
zijkant en achter en de uitstroomopenin-
gen in de beenruimten (bij een koele of
koude buitentemperatuur).
w
Voor verwarming van de beenruim-
ten (bij een zeer lage buitentempera-
tuur).
Let er bij het schoon-
maken van de binnenzij-
de van de achterruit op
dat de elektrische weerstands-
draden niet beschadigd worden.